De Chinese spaarder slachtoffer van zijn eigen regering
De schuld van de bedrijven in China is één van de grootste zwakke punten van de tweede belangrijkste economie van de wereld. De schuldenlast van de bedrijven wordt geraamd op… 166% van het bbp van 2016 (laatste beschikbare cijfers). De regering heeft getracht om deze schudenlast een halt toe te roepen door de gretigheid van de grote Chinese privégroepen op het vlak van buitenlandse investeringen af te remmen. Maar dat is spijtig genoeg niet voldoende. Het echte probleem ligt bij de overheidsbedrijven die verzot zijn op het gemakkelijke krediet verleend door de staatsbanken.
In China noemt men openlijk het geval van deze « zombiebedrijven » die enkel overleven dankzij de goede wil van de Staat. Dit geldt met name voor de grote bedrijven die actief zijn in sectoren met een overcapaciteit (staal, steenkool). Volgens de bank Natixis is 15% van deze « zombiebedrijven » niet in staat om de rentelast van hun schuld te betalen. Ze failliet laten gaan is echter onmogelijk, want dat zou betekenen dat miljoenen arbeiders werkloos worden, met sociale onrust tot gevolg.
De Chinese communistische partij zal in 2021 haar 100-jarig bestaan vieren en volgens specialisten is er geen sprake van dat dit groot feest wordt verstoord door sociale spanningen. Eén van de manieren om deze problemen te verdoezelen bestaat erin om deze schuld binnen het systeem te recycleren, meer bepaald door ze te verpakken in financiële producten die door de lokale verzekeringsmaatschappijen worden aangeboden.
Dit is een weinig fatsoenlijke methode wanneer men weet dat de Chinese spaarder geen andere keuze heeft dan zijn spaargeld in lokale verzekeringsproducten te beleggen, bij afwezigheid van verzorgingsstaat.